Seksuele Geaardheid

Panseksualiteit: wat betekent panseksueel? 

De wereld is divers en kleurrijk! Dit geldt ook voor mensen, hun genderidentiteit en hun seksuele oriëntatie. Er zijn mensen die zich aangetrokken voelen tot hetzelfde geslacht, mensen die verlangen naar het andere geslacht en mensen die zich relaties met alle geslachten kunnen voorstellen. Homoseksualiteit, heteroseksualiteit en biseksualiteit. 

Maar dat is nog niet alles: er zijn ook mensen die zichzelf als panseksueel identificeren. Laten we je nu uitleggen wat panseksualiteit precies is. 

WAT BETEKENT PANSEKSUEEL? 

Panseksualiteit betekent dat iemand zijn of haar seksuele oriëntatie niet baseert op een specifiek geslacht of genderidentiteit. Voor panseksuelen maakt het niet uit of ze daten met een man, een vrouw of een non-binair persoon. Panseksuelen kunnen zich ook aangetrokken voelen tot intersekse en trans*personen. 

Dit geldt zowel voor seksuele als romantische relaties. Panseksuelen benadrukken dat het hen niet uitmaakt wat het geslacht van hun partner is. Voor hen draait het om de individuele connectie – ongeacht wat de ander tussen de benen heeft. 

Panseksualiteit beschrijft dus een seksuele oriëntatie. Hierbij speelt individuele aantrekkingskracht een belangrijkere rol dan het biologische geslacht en de genderidentiteit van de ander. De meeste panseksuelen hebben bovendien geen vaste voorkeur voor welk geslacht ze het liefst daten. Het hangt altijd af van wie ze tegenkomen. 

# WIST JE DAT? 

De term is afgeleid van het Griekse voorvoegsel voor “alles”, namelijk “pan”. Panseksuelen voelen zich aangetrokken tot mensen ongeacht hun geslacht. Het gaat altijd om de persoon zelf. 

VERSCHIL TUSSEN BISEKSUEEL EN PANSEKSUEEL UITGELEGD 

Misschien vraag je je af of panseksualiteit niet hetzelfde is als biseksualiteit? Biseksuelen houden immers ook van meer dan één geslacht. 

Zelfs binnen de LGBTQ-gemeenschap is er niet altijd overeenstemming over de definities van verschillende seksuele oriëntaties. Bij twijfel kun je het beste aan iemand vragen wat hun seksuele label voor henzelf betekent – ongeacht wat je online hebt gelezen. 

Vroeger werd aangenomen dat biseksuelen alleen op cis-mannen en cis-vrouwen vielen en dat dit het verschil was met panseksualiteit. Maar veel leden van de biseksuele gemeenschap geven nu ook aan dat ze niet-binaire, trans* en inter* mensen aantrekkelijk vinden. Het is dus niet voldoende om het verschil tussen biseksueel en panseksueel alleen te zien in termen van een binair systeem. 

Hoe kun je dan het onderscheid maken? Een andere manier is om te kijken of mensen zich evenzeer aangetrokken voelen tot alle geslachten, of dat er duidelijke voorkeuren zijn. Omdat het panseksuelen niet uitmaakt welk geslacht hun partner heeft, hebben ze vaak geen specifieke voorkeur. 

Voor biseksuelen kan dat anders zijn. Sommigen maken onderscheid tussen seksuele en romantische aantrekkingskracht en hebben verschillende voorkeuren. Een biseksueel persoon kan zich bijvoorbeeld seksueel aangetrokken voelen tot alle geslachten, maar zich alleen een romantische relatie met het eigen geslacht voorstellen. Maar ook dit verschilt per persoon. Uiteindelijk helpt maar één ding: vraag het! 

# LEUK WEETJE 

Biseksualiteit en panseksualiteit zijn niet de enige seksuele oriëntaties die aantrekking tot meer dan één geslacht beschrijven. Er zijn bijvoorbeeld ook termen als “omniseksueel” en “polyseksueel”. Deze oriëntaties vallen vaak onder de parapluterm “Bi+ seksualiteit”. Over het algemeen zijn ze vergelijkbaar, al zijn er kleine maar betekenisvolle verschillen. 

HOE WEET IK DAT IK PANSEKSUEEL BEN? 

Heb je jezelf de vraag “Ben ik homoseksueel?” weleens met “nee” beantwoord omdat je je ook aangetrokken voelt tot andere geslachten, naast je eigen? Heb je ooit een crush gehad op iemand van een ander geslacht? Of denk je tijdens het masturberen aan mensen met heel verschillende lichamen en genderidentiteiten? Dan zou je wellicht panseksueel kunnen zijn! 

Maar je zou ook biseksueel, omniseksueel of polyseksueel kunnen zijn. We snappen dat dat niet echt helpt om het meteen duidelijker te maken. Het vinden van je eigen seksuele label is nooit eenvoudig en vaak een langdurig proces. Het is helemaal oké om op verschillende momenten labels als “lesbisch”, “biseksueel” en “panseksueel” te gebruiken. Of in een andere volgorde. Of iets totaal anders. 

Seksualiteit is vloeiend en kan door het leven heen veranderen. Er komen bovendien steeds nieuwe termen bij in de LGBTQ-wereld, dus misschien vind je in de toekomst een label dat nog beter bij je past. 

Voor nu kun je jezelf deze vragen stellen als je wilt weten: “Ben ik panseksueel?” 

  • Voel je je seksueel en/of romantisch aangetrokken tot mensen van je eigen geslacht? 
  • Voel je je seksueel en/of romantisch aangetrokken tot mensen van een ander geslacht? 
  • Maakt het je niet uit of iemand een penis, een vulva en vagina, of een clitdick (door testosteron vergrote clitoris) heeft? 
  • Is individuele aantrekkingskracht belangrijker voor je dan het geslacht van eerdere partners? 
  • Voel je je ook aangetrokken tot mensen met een queer genderidentiteit, zoals niet-binaire, agender of trans* mensen? 

Hoe meer van deze vragen je met “ja!” beantwoordt, hoe groter de kans dat “panseksueel” goed bij je past. Houd er echter rekening mee dat een lijstje vragen niet genoeg is om iets zo complex als aantrekkingskracht en seksuele oriëntatie volledig te beschrijven. Uiteindelijk beslis jij alleen welk label het beste bij je past.  

PANSEKSUELE PRIDE-VLAG: MAGENTA, GEEL, CYAAN 

De panseksuele vlag werd in 2010 ontworpen door een gebruiker met de bijnaam Jasper. De vlag bestaat uit drie horizontale banen in de kleuren roze, geel en blauw. 

De roze (magenta) kleur vertegenwoordigt de aantrekkingskracht tot mensen die zich als vrouw identificeren. Dit omvat dus niet alleen cis-vrouwen, maar ook trans vrouwen en andere mensen die zichzelf als vrouw zien. 

Blauw staat voor de aantrekkingskracht tot mensen die zich als man identificeren – ook hier gaat het niet alleen om cis-mannen, maar om iedereen die zich als man beschouwt. 

Geel symboliseert aantrekkingskracht tot mensen die niet binnen de binaire categorieën man of vrouw vallen. Denk aan non-binaire, genderfluïde, intersekse of agender personen. De vlag viert de diversiteit van genderidentiteiten en seksuele voorkeuren. 

Naast de panseksuele vlag wordt ook vaak de regenboogvlag gebruikt – zeker tijdens Pride Month. De klassieke regenboogvlag is het symbool van de LGBTQ-beweging en stond oorspronkelijk voor homo- en lesbische trots, maar vertegenwoordigt inmiddels de volledige queer gemeenschap. 

# WIST JE DAT? 

Er bestaat ook een Progress Pride-vlag. Deze vlag bevat naast de regenboogkleuren ook de kleuren van de trans*vlag en de intersekse vlag, én kleuren die Black, Indigenous en People of Colour (BIPoC) binnen de queer gemeenschap vertegenwoordigen. 

WAAROM IS HET LABEL PANSEKSUEEL NODIG? 

Waarom is de term “panseksueel” eigenlijk nodig? Leidt het niet juist tot verwarring als steeds meer mensen hun aantrekkingskracht met nieuwe labels benoemen? Ja en nee. 

Het klopt dat de diversiteit aan labels soms overweldigend kan zijn. Maar tegelijkertijd helpt het veel mensen om zichzelf beter te begrijpen. Door specifieke termen te gebruiken, kun je makkelijker gelijkgestemden vinden en ervaringen delen. Dat kan gevoelens van eenzaamheid verminderen. 

Panseksuele mensen kunnen steun vinden bij anderen die soortgelijke gevoelens of twijfels hebben meegemaakt. Dit versterkt het gemeenschapsgevoel en maakt het makkelijker om taboes te doorbreken. 

Bovendien helpt zichtbaarheid om patronen van discriminatie te herkennen. Wat als eerst als toeval voelt, blijkt vaak een gedeelde ervaring te zijn binnen een gemeenschap. Dat kan helpen om systematische ongelijkheid aan te kaarten. 

Onze samenleving is nog steeds sterk heteronormatief ingericht. Dat betekent dat heteroseksualiteit en cisgender relaties vaak als de standaard worden gezien. Woorden geven aan je identiteit kan je helpen om gehoord en gezien te worden – en maakt het makkelijker om voor je rechten op te komen. 

PANSEKSUEEL EN POLYAMORIE: IS ER EEN VERBAND? 

Panseksuelen kunnen zich aangetrokken voelen tot mensen van ieder geslacht, zolang de aantrekkingskracht wederzijds is. Soms wordt gedacht dat panseksuelen automatisch polyamoreus zijn of altijd open relaties hebben, omdat ze meer potentiële partners zouden hebben. 

Dat is een misverstand. De manier waarop iemand relaties aangaat – monogaam of polyamoreus – staat los van hun seksuele oriëntatie. Er zijn panseksuele mensen die monogaam leven, net zoals er hetero’s zijn die polyamoreus zijn. 

Het idee dat panseksuelen ‘altijd iets missen’ als ze een relatie hebben met iemand van één specifiek geslacht klopt niet. Aantrekkingskracht is complex en draait niet alleen om geslacht, maar ook om emoties, karakter en timing. Net als bij iedereen. 

CONCLUSIE: PANSEKSUEEL ALS GELDIGE SEKSUELE ORIËNTATIE! 

Panseksualiteit is een legitieme en geldige seksuele oriëntatie. Veel panseksuele mensen voelen al vroeg dat ze zich niet volledig thuisvoelen in het hokje hetero of homo. In een samenleving die vaak zwart-wit denkt, kan dat verwarrend of eenzaam zijn. 

Panseksuele (en biseksuele) mensen worden regelmatig gevraagd om ‘een kant te kiezen’. Maar waarom zou je moeten kiezen, als je je verlangens en identiteit op jouw eigen manier mag vormgeven? 

Het is tijd om hokjesdenken los te laten. Panseksualiteit is net zo waardevol als elke andere seksuele oriëntatie. Dus, lieve pans: laat je niet beperken. Wees trots op wie je bent en houd van wie je wilt! 

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *